David Philip Hefti: Licht en schaduw

17,99 

+ Gratis verzending
Item NEOS 12101 categorie:
Gepubliceerd op: 18 maart 2022

infotekst:

LICHT EN SCHADUW

Het voor deze cd samengestelde programma brengt drie visueel krachtige en veelbelovende titels samen: Op transparante dradenConcubia nocte en Danse interstellaire. De werken, allemaal met elkaar verbonden door de basisbezetting van het strijkkwartet, draaien rond de spanning tussen vermoeidheid en levensmoed, licht en schaduw, verdriet en troost. Ze illustreren het muzikale experiment en de expressiviteit van componist David Philip Hefti, die op meesterlijke wijze het spectrum exploiteert tussen klank en ruis, sensatie en stilte, spanning en ontspanning.

Precies in het eerste stuk, Op transparante draden voor mezzosopraan en strijkkwartet, gebaseerd op een gedicht van Kurt Aebli, spelen deze aspecten een rol. De dichter droeg zijn werk op Eindeloze begin van alles David Philip Hefti, met wie hij al jaren bevriend is. Hefti zette het vervolgens eerst op muziek voor zang en cello in opdracht van de Tonhalle Society en het Literaturhaus Zürich en schreef pas later een nieuwe versie voor mezzosopraan en strijkkwartet. Hij droeg de nieuwe compositie op aan zangeres Maria Riccarda Wesseling en het Amaryllis Quartet, die het werk op 19 april 2018 in Lübeck in première brachten.

Het allereerste begin van het gedicht vraagt ​​letterlijk om een ​​muzikale interpretatie: ‘De wereld is ontstaan ​​uit geluid, daarom zeggen degenen die het weten dat ze het niet weten, daarom is hun stilte nooit leeg, daarom is hun leegte nooit stil, daarom is de correct is nooit mooi, en daarom is het mooie nooit correct.« De focus van Hefti's compositie ligt op indrukwekkende en karakteristieke klanken. De speelinstructies voor zang en strijkers zijn expressief. Terwijl de zangeres haar eerste noot aanslaat en vervolgens met haar stem onder andere "sprekende lied", "strobas" en "multi-sound" (meerstemmig ingedrukt geluid) produceert, spelen de snaren bijvoorbeeld arco gettato (gooi de boog opzij), col legno battuto (het slaan met de boogstok op de zijkant) en “vallende sterren”, wat in deze context betekent dat de harmonische handgreep tijdens een glissando onveranderd blijft, zodat meerdere glissando’s elkaar opvolgen. Naast dynamische contrasten, zoals snelle wisselingen van drievoudige forte naar dubbele piano, spelen leegte en stilte in de vorm van algemene pauzes en fermatas een belangrijke rol. Bovendien zijn de individuele stemmen voortdurend met elkaar in wisselwerking, waarbij ze het ritme of tempo van de anderen overnemen en zich van elkaar emanciperen. De visuele kracht in Hefti's muziek blijft telkens weer opvallend als ze met boventonen, krassen en geluidstapijten commentaar geeft op Aebli's regels uit het laatste deel "wanneer een stuk stof dat als gordijn diende in tweeën wordt gescheurd" en daarmee commentaar geeft op de onopgesmukte werkelijkheid. en de kennis en aanvaarding van het eigene vertegenwoordigt de eindigheid.

Het tweede stuk van het programma klinkt vanaf midden in de nacht. Concubia nocte is Hefti's vijfde strijkkwartet en zijn tweede werk Nachtwakencyclus, die volgens de titel thema's behandelt als slapeloosheid, dromen, schemering, duisternis en hallucinaties. Concubia nocte – muziek voor de tweede wake is gemaakt in opdracht van het kamermuziekfestival »Zwischendenken« in Engelberg (Zwitserland) en is opgedragen aan het Merel Kwartet, dat het stuk ook in première bracht op 26 oktober 2018. In de maanden na de geboorte van zijn eerste zoon maakte Hefti van slapeloosheid een deugd en begon de zijne Nachtwaken-cyclus om te schrijven. Volgens de componist zelf is het resultaat “echte nachtmuziek, vaak geschreven in de donkerste uren.” Concubia nocte kenmerkt zich vooral door kwarttoonharmonieën en een zekere mysterie.

Net als in de andere twee stukken ontstaan ​​de klankkleuren enerzijds uit abrupte overgangen woedend (boos) ook sfeervol (atmosferische) en plotselinge veranderingen van tegengestelde dynamiek en ritmes. Aan de andere kant geeft Hefti de klanken ook de tijd om naar voren te komen door individuele tonen te laten stijgen en dalen of juist op te laten vallen en te schitteren. De stemming schommelt voortdurend tussen mysterie en verrassing. Naar het einde toe neemt het stuk een onverwachte wending. Via de spelinstructies Scordatura Wanneer de strijkers hun instrument opnieuw stemmen, klinkt er een andere toon dan de toon die gespeeld wordt. Ook de muzikanten spelen arco omgekeerd, dat wil zeggen met de strijkstok onder de snaren, zodat de hoogste en laagste snaren tegelijkertijd kunnen worden gebogen. De resulterende klank van het strijkkwartet doet denken aan het strijkpsalterium, een verdere ontwikkeling van het middeleeuwse psalterium, voorloper van latere tokkelinstrumenten als de citer, harp en klavecimbel. Daarnaast dienen harmonischen en glissando’s als overgang naar het einde van het stuk. Want als transparante draden wordt de klank naar het licht getrokken en ontvouwt zich plotseling als C-majeurakkoord. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn, alsof de zon opkomt en de boze geesten van de nacht verdrijft. Hefti laat het akkoord twee minuten staan ​​- de tijd die het stuk nodig heeft om de stabiliteit en het vertrouwen terug te krijgen waar je nauwelijks meer op durfde te hopen.

Hefti verenigt de schijnbaar tegenstrijdige tegenstellingen van verdriet en troost Danse interstellaire, zijn “begrafenismuziek voor bassetklarinet en strijkkwartet”, die is opgedragen aan de nagedachtenis van zijn moeder. Het werk werd in 2014 gecomponeerd in opdracht van de Mozartvereniging Schwetzingen en ging op 3 oktober 2015 in première door Nikolaus Friedrich en het Amaryllis Kwartet. Het stuk markeert het einde van het cd-programma en geeft wellicht het beste uitdrukking aan de onlosmakelijk met elkaar verbonden uitersten van licht en schaduw. De klarinet vertegenwoordigt de vergankelijkheid door de strijkers vaak met rust te laten, waardoor steeds weer zuivere strijkkwartetpassages ontstaan. Opnieuw werkt Hefti met de afwezigheid van geluid en daarmee met de betekenis van leegte en stilte.

Geïsoleerde, rustige tonen en de tremolo's van de strijkers creëren een spookachtige sfeer, alsof ze samen met de klarinet hun oriëntatie kwijt zijn. Zo nu en dan flitst de klarinet weer met zijn liedachtige toon (kantabile) en klinkt als een leuke herinnering. Of anders breekt het met drievoudige kracht, woedend (boos) en met snelle hoge bewegingen en spiralen tot duizelingwekkende hoogten met de snaren. Aan het einde hoor je de klarinet “inademen door het instrument”. Op adem komen wordt een daad van kracht, doorgaan met leven wordt een uitdaging. De snaren spelen “toonloos op de brug”, de “linkerhand dempt de snaren”. Ze blijven verloren en bijna levenloos.

Maar vergelijkbaar met Concubia nocte Het stuk neemt naar het einde toe een onverwachte wending. Omdat de bassetklarinet plotseling weer in het vacuüm mengt, zoet en sfeervol (zoet en sfeervol), en leidt naar bekende muziek: die van Bach Uitvinding nr. 11 in G mineur. Uit maat 244 van Heftis Danse interstellaire laat de tonen van deze miniatuur met enkele zorgvuldige aanpassingen klinken, gearrangeerd voor strijkkwartet en bassetklarinet. Waar het verdriet onmetelijk toeneemt en de componist woorden tekort komt, drukt Bachs werk, dat voor Hefti 'vertrouwen en verdriet tegelijk' betekent en nauw verbonden is met de dood van zijn moeder, het onuitsprekelijke uit. Uiteindelijk nemen de snaren het over kantabile de klarinet – een sprankje hoop.

Over alle drie de werken ligt een grote schaduw. Er worden donkere, melancholische, verdrietige en zelfs wanhopige tonen gezongen. En toch streven de composities naar het leven, naar het licht. De muziek van David Philip Hefti trotseert somberheid met optimisme en levensvreugde en laat op virtuoze wijze zien dat elke schaduw ook een wegwijzer naar licht is.

Deborah Maier

programma:

David Philip Hefti (* 1975)

Op transparante draden (2018) 31:10
voor mezzosopraan en strijkkwartet
op een gedicht van Kurt Aebli

[01] 1. Van geluid 04:28
[02] 2. Binnen de woorden 04:32
[03] 3. Bron, litteken, gezicht? 05:54
[04[ 4. Eindeloos begin van alles 05:28
[05] 5. Als ik... 05:38
[06] 6. ...denk aan het moment 05:10

Maria Riccarda Wesseling, mezzosopraan
Amaryllis Kwartet

[07] Concubia nocte (2018) 10:53
Muziek voor de Tweede Nachtwacht (strijkkwartet nr. 5)

Amaryllis Kwartet

[08] Danse interstellaire (2014) 23:33
Begrafenismuziek voor basklarinet en strijkkwartet

Bernhard Röthlisberger, basklarinet
Amaryllis Kwartet

Totale speelduur: 65:57

eerste opnames

Persrecensies:


09/2021

David Philip Hefti (*1975) noemt het eerste deel van zijn compositie “From Sound”. Op transparante draden voor mezzosopraan en strijkkwartet (2018). De boorklanken die het stuk openen – snaarakkoorden aangescherpt met een sul ponticello-uitvoering, een diep stemgeluid dat overgaat in boventonen, impulsaanvallen die worden teruggevoerd naar de piano, aanzwellende strijkerstutti – schetsen een ruimte bestaande uit klank en conclusie die de Zanger vult vervolgens met zanglijnen.

De geboren Zwitser gebruikt de gekozen middelen in in totaal zes delen op een gevarieerde en toch economische manier: hij creëert gedifferentieerde klankvelden, die hij op speelse wijze verrijkt met klankcomponenten; laat de instrumenten, zo nu en dan ondersteund door percussief strijkstokgebruik, uitbreken in fasen vol ritmische kinetische energie; omringt vocale frasen en tussenwerpsels met verschillende schillen van mobiel en soms microtonaal verrijkt snaargeluid (vooral suggestief in het derde deel “Source, Scar, Face?” als een afwisselende opeenstapeling van boventoonsluiers en explosies van geluid rond krakende en fluisterende vocale articulaties); en daarbij stelt hij de woorden uit het onderliggende gedicht van Kurt Aebli bloot aan wisselende verluchtingen.

Het Amaryllis Quartet, dat in samenwerking met de veelzijdige, rijkgekleurde stem van Maria Riccarda Wesseling het ene sfeervolle moment na het andere bestrijkt, overtuigt ook in de overige stukken door een nauwkeurige lezing van de partituren. Deze nauwgezetheid komt ook tot uiting in de fijne texturen van Hefti in het vijfde strijkkwartet, dat een kleine elf minuten duurt. Concubia nocte (2018): Hier laadt de componist de klanken op met kinetische energieën, moedigt hij de uitvoerders aan om onophoudelijke verschuivingen in klanken, geluiden en toonhoogtes aan te brengen en creëert muziek die voortdurend in beweging is, die naast ruige momenten ook rustige fasen kent en tenslotte lost op en opent naar een C-majeurakkoord dat zich over twee minuten ontvouwt.

Het einde van de release is de treurige muziek Danse interstellaire (2014), waarin basklarinettist Bernhard Röthlisberger het strijkkwartet versterkt. De hoge, geperste klarinetschreeuw waarmee het stuk begint, voordat de strijkers voor resonantie in hoge registers zorgen, markeert een van de expressieve uitersten van deze muziek. Het wordt vervangen door gefragmenteerde cantilena's verrijkt met multiphonics, waaraan de strijkers een langzame stijl geven, of door de opgewonden, spraakachtige declamatie waarmee het houtblaasinstrument door de tonale ruimte beweegt, voordat Bachs uitvinding in G mineur kort voor het einde opduikt. muzikale context en onthult het compositorische referentiepunt van Hefti's muziek.

Stefan Drees

das Orchestre

 


09/2021

Muziek met existentiële urgentie

Het nieuwe album “Light and Shade” onderstreept op voorbeeldige wijze de status van David Philip Hefti als een van de beste hedendaagse Zwitserse componisten. De drie te horen werken vullen elkaar aan in hun existentiële urgentie en vormen zo een soort drieluik.

‘An Transparent Threads’ is gebaseerd op de gedichtencyclus ‘Endless Beginning of Everything’, die de Zwitserse auteur Kurt Aebli speciaal voor Hefti schreef. De componist zette eerst de cyclus voor zang en cello vast en herschreef deze in 2018 voor de toegewijde Maria Riccarda Wesseling en het Amaryllis Quartet – die hier ook optreden. In de genadeloos goede uitvoering gaan stem en strijkers zo intensief met elkaar om dat de grenzen tussen menselijke en instrumentale klanken worden overschreden.

“Concubia nocte” (2018) is Hefti’s vijfde strijkkwartet en het tweede werk in zijn cyclus “Nachtwacht”. Het is “echte nachtmuziek, vaak geschreven in de donkerste uren”, legt Hefti uit, die met het tien minuten durende stuk een moderne nocturne heeft gecreëerd.

Hefti droeg “Danse interstellaire” (2014) op ter nagedachtenis aan zijn moeder. Aan het einde, in de grootste nood, wendt deze plechtige rouwmuziek zich tot het licht en de trooster Johann Sebastian Bach.

Burkhard Schäfer

Artikelnummer

Brand

EAN

Checkout