, , ,

Werner Heider: Piano - Kamer - Groot Orkest

17,99 

+ Gratis verzending
Item NEOS 12005 Categorieën: , , ,
Gepubliceerd op: 15 januari 2020

infotekst:

VRIJHEID EN VERANTWOORDELIJKHEID
Muziek van Werner Heider

Zoals Werner Heider in 2006, ter gelegenheid van de première van zijn orkestwerk Architectuur te München muzikaal levenToen hem werd gevraagd welke metafysische of symbolische ideeën er schuilgingen achter de formele plattegrond, verbaasde hij zijn tegenhanger met een heel duidelijk antwoord: 'Mijn stuk is eenvoudigweg een compositie van muzikale architectuur. Verder mag niets geheim worden gehouden, en zijn er geen buitenmuzikale vergelijkingen.« Een uitspraak die, afgezien van de specifieke gelegenheid, ook een essentieel moment van Heiders muziek benoemt. Want ook al zijn veel van zijn werken geïnspireerd door andere kunstvormen, autobiografische of privéaangelegenheden, en soms zelfs hedendaagse historische gebeurtenissen weerspiegelen - aan het einde van het creatieve proces is er geen ideologische verklaring, geen filosofische speculatie in tonen, maar een stuk van autonome, absolute muziek.

Heider zet zich in voor ‘verfijnde muziek voor veeleisende mensen’; concessies aan welke publieke smaak dan ook zijn hem vreemd. En toch heeft hij met zijn omvangrijke werk als pianist, dirigent en jarenlang directeur van het ‘ars nova ensemble Neurenberg’ decennialang zijn stempel gedrukt op het Frankische culturele leven. Voor veel mensen in de metropoolregio Neurenberg is de naam Heider een synoniem geworden voor nieuwe muziek en zijn ondeugende glimlach en zijn alerte flitsende blik, omlijst door zijn nu witte bos haar, zijn het gezicht van de avant-garde geworden. Muziek is altijd zijn levenselixir geweest. Geboren in Fürth in 1930, is het beeld van een koffiehuisband met saxofoon en drumstel een van zijn vroegste jeugdherinneringen. Waar andere kinderen dromen van speelgoedtreinen, wilde de vierjarige Werner met Kerstmis een drumstel. Deze affiniteit voor ritme is hem bijgebleven; Zelfs vandaag de dag schrijft hij vaak eerst een ritmepartituur op voor een nieuwe compositie.

Na de oorlog richtte Werner Heider een band op, speelde voor de Amerikaanse troepen en ontdekte Benny Goodman, Stan Kenton en Woody Herman; Hij zou later zeggen dat hij ‘zo’n oergevoel voor jazz’ had. Tegelijkertijd volgde de 15-jarige ook klassieke compositielessen van Willy Spilling, die later hoofd van de muziekafdeling van de BR Studio in Neurenberg werd, en voltooide hij piano-, directie- en compositiestudies in München in 1951. De opwindende impulsen kwamen niet van de nogal bezadigde leraar Karl Höller, maar van de bezoeken aan de zomercursussen in Darmstadt. Daar verdiepte Heider zich diep in de wereld van de naoorlogse avant-garde, zonder zich ooit door een school te laten overnemen. Hij heeft zijn intellectuele onafhankelijkheid behouden; In zijn rijkdom aan anekdotes hebben Mauricio Kagel en Bruno Maderna (die zijn muziek dirigeerden) een plaats naast Chet Baker en het Modern Jazz Quartet (voor wie hij componeerde). Ook hij had last van deze veelzijdigheid, zegt Heider; Destijds werd een hedendaagse componist die een jazzclub bezocht, gezien ‘als een monnik die naar een bordeel gaat’.

Werner Heider heeft vrijheid altijd gewaardeerd. En zo slaagde hij er – met een flinke dosis doorzettingsvermogen, overtuigingskracht en een netwerk dat de nauwe grenzen van de nieuwe muziek overstijgt – in om een ​​leven te leiden als freelance componist, onafhankelijk van institutionele beperkingen. Hiervoor kreeg hij al snel erkenning, waaronder een tweevoudige studiebeurs voor de Villa Massimo in Rome, de cultuurprijzen van de steden Neurenberg, Fürth en Erlangen (waar hij sinds 1958 woont) en de Wolfram von Eschenbach-prijs; Sinds 2019 is hij ook erelid van de Beierse Academie voor Schone Kunsten. Zijn optredens met het ‘ars nova ensemble Nuremberg’, dat hij in 1968 oprichtte – lang voordat het Ensemble Modern of het Ensemble intercontemporain bestond, werden legendarisch. Heider stond hier bijna een halve eeuw op het podium, bracht talloze werken van hemzelf en anderen in première en nam ze vervolgens op voor Bayerischer Rundfunk - met zeer precieze, nauwkeurige dirigeergebaren die trilden van energie, die veel onthullen over zijn muzikale denken. Heiders composities worden altijd gekenmerkt door heldere structuren, ook al zijn ze zelden gebaseerd op traditionele formele modellen. Tegelijkertijd staat, ondanks alle abstractie, het communicatieve moment op de voorgrond; Zijn muziek, van solostukken tot orkestwerken, oogt altijd driedimensionaal en wordt gekenmerkt door onmiddellijke gebaren. En zo is het elke keer weer een belevenis als Heider praat over een stuk dat hij momenteel aan het maken is en vervolgens dit muzikale gebaar begint te imiteren – neuriën, fluisteren, zingen of traceren met zijn handen.

Het totale kunstwerk van Werner Heider kun je uiteraard het meest direct ervaren als hij aan de piano zit en zijn muziek speelt. Zelfs op hoge leeftijd geeft hij recitals waarin hij niet alleen zijn composities uitvoert, maar ook individuele stukken improviseert en humoristische commentaren afwisselt. De opname van het pianostuk Bergen wees komt uit zo'n concert, opgenomen in 2012 in het Kulturforum Fürth. De compositie ging uiteraard op een veel spectaculairdere locatie in première: op de Zuspitze, in 1997 ter gelegenheid van een tentoonstelling in het tophuis met de ruige, dramatische bergschilderingen van de Neurenbergse schilder Werner Knapp. Heiders muziek vangt het elementaire karakter van de schilderijen, legt massieve akkoordblokken op elkaar, vertaalt de bergtoppen in grillige lijnen en creëert met behulp van het hele toetsenbord een weids panorama tussen schaduwrijke diepten en ijzige hoogten. De luisteraar vergeet volledig dat dit rapsodisch aandoende stuk strak georganiseerd is - van het intervalisch-ritmische bronmateriaal tot de grote vorm van twaalf ‘bergblokken’ en elf tussenliggende ‘niveaus’.

Zonder zo’n formeel plan, zegt Werner Heider, zou hij nooit beginnen met componeren: ‘Ik zou veel van mijn stukken eigenlijk ‘architectuur’ kunnen noemen!’ In het geval van zijn orkestwerk, dat hij in 2004 schreef Architectuur hij deed het ook daadwerkelijk - en gebruikte bijvoorbeeld niet de term 'symfonie', ook al heeft het stuk op de klassieke manier vier delen. Het eerste deel (“Project”) bouwt ritmisch en aangrijpend op van de monofone tekening naar de complexe zevendelige structuur, analoog aan het ontwerp van een architect. Het langzame tweede deel (“Static”) schept daarentegen een sfeer van gespannen kalmte; Volgens Heider bevindt het zich ‘in statisch evenwicht’. Het derde deel (“Constructie”) komt overeen met de schil van een gebouw: het is volledig gebaseerd op de parameter ritme. Kleine ritmische figuren in strijkers en blazers condenseren geleidelijk tot een complex polyritme; Aan het einde spelen drie beukende drums zich een weg naar de voorgrond. Het slotdeel (“Interna”) daarentegen is verbazingwekkend kamermuziekachtig. Heider werkt hier als binnenhuisarchitect die het orkestgebouw verlevendigt met twaalf even grote maar verschillend ingerichte kamers: vijf solo's, drie duo's, twee trio's en twee kwartetten. Het grote orkest blijft slechts als begeleiding op de achtergrond, en het delicate slotgebaar distantieert zich opnieuw duidelijk van het indrukwekkende slotkarakter van een symfonie.

Zelfs op het gebied van kamermuziek is Heiders sympathie al tientallen jaren gericht op het individu: naast pianomuziek schreef hij ruim 30 solowerken voor vrijwel alle gangbare instrumenten; Ze zijn vaak bedoeld voor muzikantenvrienden. Aan de andere kant vermeed Heider vooral de grote ‘klassieke’ kamermuziekensembles. Tegen deze achtergrond is de wending naar deze traditionele genres in zijn late werk des te opvallender - veelal zonder extern mandaat, slechts na een interne impuls. Zo ontstond er in 2012 een heel persoonlijk exemplaar Lamento passionato voor strijkkwartet (na het eerste kwartet uit 1978), een klarinetkwintet in 2015, een strijktrio in 2017, een pianotrio in 2018 en het derde strijkkwartet in 2019. Beide Zes eigendommen voor strijktrio zijn dit transparante, doordachte miniaturen in de traditie van het karakterstuk. In elk deel staat een ander kenmerk centraal, van het rustig ademende ‘calmo’ tot de ruige akkoorden van het ‘collegio’ en het wat meer experimentele ‘capriccioso’ tot de resolute conclusie. Het centrale ‘Adagio e arioso’ neemt met de melancholische zang van de viool een bijzondere plaats in: het is een muzikaal overlijdensbericht voor Heiders vrouw Lydia, die in 2012 overleed.

Er zit ook een bedachtzame, melancholische toon in Klarinetkwintet, hoewel bijvoorbeeld het inleidende ‘Capriccio’ herhaaldelijk wordt opgebroken door ‘giocoso’-secties. Vanaf het begin is de compositie een kunstig verweven dialoog tussen de soloklarinet (die ook twee kleine cadensen krijgt toegewezen) en het strijkkwartet. Na het elegische ‘Notturno’ (met een ‘Andante sostenuto à la Chopin’) roept het motorische derde deel opnieuw de kracht van het ritme op. Dat het werk vervolgens afscheid neemt met een rustige, schimmige ‘finale’ roept bijna een vergelijking op met de herfstkwintetten van Mozart en Brahms. Een maatstaf die Heider zichzelf zijn hele leven heeft gesteld: “Elk stuk moet met de grootste verantwoordelijkheid worden gemaakt”, bekende hij in 1986. “Eigenlijk componeer ik voor de eeuwigheid!”

Thorsten Preuss

programma:

[01] Bergen wees voor solopiano (1997) 09:34

Werner Heider, piano
Live

Zes eigendommen voor strijktrio (2017) 14:08

[02] Nr. 1 kalm 02:12
[03] Nr. 2 universiteit 01:59
[04] Nr. 3 Adagio e arioso 02:39
[05] Nr. 4 stoornissen, capriccioso 02:23
[06] Nr. 5 semper piano en piano 02:58
[07] Nr. 6 Allegro risoluto 01:57

Trioplus
(Valerie Rubin, viool · Martin Timphus, altviool · Markus Mayers, cello)

Klarinetkwintet voor klarinet in Bb en strijkkwartet (2015) 17:57

[08] Capriccio 05:01
[09] nacht 05:42
[10] animatie 04:25
[11] ausklang 02:49

Adrian Krämer, klarinet
Academiekwartet München
(Daniel Nodel, viool · Amelie Böckheler, viool · Lilya Tymchyshyn, altviool · Moritz Weigert, cello)

Architectuur voor groot orkest (2004) 23:29

[12] 1. project 04:40
[13] 2. Statistieken 07:29
[14] 3. Constructie 04:42
[15] 4. Interne onderdelen 06:38

Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks
Peter Eötvös, dirigent
Live · muzieka viva

Totale speelduur: 65:15

eerste opnames

Deze cd werd mogelijk gemaakt door de genereuze steun van Robert M. Helmschrott

 

Persrecensies:


2/2020

Uiteraard staan ​​de werken op de cd ook enigszins los van wat je het dominante discours van nieuwe muziek zou kunnen noemen. Ze hebben het experiment achter zich gelaten en oefenen geen anti- of ontkenning uit, maar rusten eerder in zichzelf. Ja, ze laten natuurlijk ook schoonheid toe.

Thomas Meyer

www.musikderzeit.de

 


06/20

Voor componist Werner Heider waren jazz en nieuwe muziek geen esthetisch onverenigbare werelden. […] Kristallijne structuren en hoekige articulatie corresponderen met het object met gebarendirectheid, en toch is de ogenschijnlijk rapsodische stroom van ideeën strikt doorgecomponeerd. In het kader van een fundamenteel vrijtonige harmonie schemeren akkoordkleuren uit de jazz steeds opnieuw door.

Dirk Wieschollek

Artikelnummer

Brand

EAN

Checkout